Inhoud van het stuk

In zijn schuur knutselt Albert aan een uitvinding. Zus Erika is niet gelukkig met zijn geklungel. Maar Albert is er van overtuigd dat hij eerlang van water benzine kan maken.
 Op een avond komt Bart per vergissing binnen gewaggeld. Hij heeft het behalen van zijn diploma ‘licentiaat in de exacte wetenschappen’ gevierd en is stomdronken. Bart merkt fouten in Alberts formules en brengt verbeteringen aan. Albert test ze uit, zet de machine op gang en… er komt limonade uit!
 Een week later, terwijl Erika en buurvrouw Mathilde volop limonade tappen, werken Bart en Albert samen aan de machine. Bart heeft twee interesses: hij gelooft in Alberts uitvinding en hij heeft een oogje op Lisa. Ook Albert is inmiddels verliefd… op Lea!
 De burgemeester (een pomphouder) interesseert zich voor Alberts project. Wanneer ’s nachts een gangster de formules wil stelen, komt de burgemeester in een verdacht daglicht te staan. De gangster wordt gekneveld en ondervraagd, waarbij Zuster Florence geen poes blijkt te zijn om zonder handschoenen aan te pakken. Maar ach, de gangster had zich vergist, want Albert fabriceert toch alleen maar limonade…
 Albert en Bart slagen er uiteindelijk toch in om van water benzine te maken en plots duiken er twee kopers op: een maffia-boss en een oliesjeik. Ook Zuster Florence houdt haar handje open voor bijdragen tot liefdadige doeleinden. Er wordt een koop gesloten. Maar of die kan doorgaan?